|
Achtergrond
|
In een Engels onderzoek [6] waarbij verschillende DFO-formuleringen (in een concentratie van max. 0,25 g/l) en een 0,23 g/l 1,2-indaandionformulering met elkaar vergeleken werden bleek de gebruikte IND-formulering in minder zaken identificeerbare vingerafdrukken op te leveren dan de beste DFO-formulering (54,2 ten opzichte van 62,5% van de zaken). Zie dit pop-up venster voor de twee formuleringen. De formulering zoals gepubliceerd door Weisner et al. [5] is gevalideerd en de resultaten ervan gepubliceerd door de FBI en het Florida Department of Law Enforcement [7]. Dit met het oog op de Amerikaanse wetgeving (Daubert principe), waarbij het noodzakelijk is dat een nieuw proces gevalideerd is, gepubliceerd en de publicatie door andere wetenschappers beoordeeld ("peer review"). Een aantal gesubstitueerde indaandionen (bijvoorbeeld de 5-methoxy en 5,6-dimethoxy; voor de structuurformules, zie dit pop-up venster) gaven een fluorescentie die beter was aan die van DFO (5,6-dimethoxy-1,2-indaandion in het bijzonder). Echter, de synthese ervan is tamelijk complex en de produktie ervan daarom nogal kostbaar. Bovendien bleek dat 5,6-dimethoxy-1,2-indaandion slecht oplost in de (met het oog op doorlopen van inkten) bij voorkeur gebruikte apolaire oplosmiddelen (zoals petroleumether). Uit de onderzoeken aan 1,2-indaandion, door verschillende groepen wereldwijd, is dus gebleken dat het als vervanging voor DFO gebruikt kan worden. De werkoplossingen (in de huidige aanbevolen, apolaire oplosmiddelen) zijn echter niet onbeperkt houdbaar. Op de lange duur reageren indaandionen met zichzelf tot verbindingen die geen vingerafdrukken zichtbaar maken. Daarom dienen werkoplossingen aangemaakt te worden wanneer ze nodig zijn en niet voor langere periodes op voorraad gehouden te worden (niet langer dan enkele weken). In de poedervorm (verkrijgbaar bij BVDA) is het echter onbeperkt houdbaar. Net als met ninhydrine, kunnen vingerafdrukken die met indaandion behandeld zijn, met zinkchloride behandeld worden om ze beter "houdbaar" te maken. In het algemeen wordt ook een versterking van de fluorescentie waargenomen na behandeling met zinkchloride. Afkoelen in vloeibare stikstof, na behandeling met zinkchloride, bleek de fluorescentie nog verder te versterken [3]. Vingerafdrukken op gerecycled papierWij hebben waargenomen dat op een aantal papiersoorten van slechtere kwaliteit (zoals kranten, karton en gerecycleerd papier in het algemeen) indaandionen geen vingerafdrukken ontwikkelden, terwijl ninhydrine en DFO dit wel deden. Daar staat tegenover dat de Police Scientific Development Branch (PSDB, Groot-Brittanië) na experimenten met een flink aantal verschillende papiersoorten tot de conclusie kwam dat er weinig verschil is tussen DFO en 1,2-IND. Vingerafdrukken op thermisch papierResearch door Jon Stimac [8] van de Oregon State Police heeft uitgewezen dat de HFE-7100 formulering van IND, zoals gepubliceerd door Wiesner et al. [5] gebruikt kan worden op thermisch papier. Thermisch papier (faxpapier) wordt veel gebruikt voor bonnen van PIN-automaten en kassabonnen. De actieve laag in dit papier is erg gevoelig (wordt zwart of het geprintte deel lost op) voor polaire oplosmiddelen als aceton, ethanol en azijnzuur. Dit maakt het gebruik van DFO of ninhydrine problematisch. Om deze reden wordt de ontwikkeling van vingerafdrukken op dit papier dan ook bij kamertemperatuur gedaan (bij te hoge temperaturen verkleurt het papier ook). FormuleringenDe volgende formuleringen werden ontwikkeld door de PSDB: Hierbij kan opgemerkt worden dat in plaats van petroleumether ook pentaan of heptaan gebruikt kan worden. 1,2-IND dient eerst in het mengsel van ethylacetaat en azijnzuur opgelost te worden. Nadat alles opgelost is kan verdund worden met de petroleumether of HFE 7100 (een mengsel van twee fluorwaterstofethers). HFE 7100 wordt momenteel aanbevolen als de vervanger van frigen (1,1,2-trichloortrifluoroethaan, CFC-113, ook bekend als Arklone en Fluorisol). Methanol en ethanol horen niet in de werkoplossing gebruikt te worden. Deze oplossingen zijn in het geheel niet stabiel [4, 5]. Bewaar de werkoplossing in een bruine glazen fles, in het donker. Uit de chemische literatuur is bekend dat 1,2-indaandionen gemakkelijk photochemische reacties ondergaan onder invloed van zonlicht. Aangezien de meeste onderzoeksgroepen tot nu toe gevonden hebben dat bij gebruik van 1,2-IND in hogere concentraties (tot 5 gram per liter) sterker fluorescerende vingerafdrukken worden ontwikkeld, bevelen wij de nu volgende gemodificeerde werkoplossing aan (afgeleid van de petroleumether formulering van de PSDB): De formulering gebruikt door Wiesner et al. [5] bevat geen azijnzuur. Zij kwamen tot de conclusie dat het in hun HFE-7100 formulering geen verbetering gaf en zelfs een negatief effect op de scherpte van de ontwikkelde afdrukken had: De beste methode voor de ontwikkeling van vingersporen op papier, behandeld met 1,2-IND, is nog steeds onderwerp van onderzoek. De meeste groepen die er onderzoek naar deden gebruikten een klimaatoven (100° C, 10-20 minuten op 60% relatieve vochtigheid). Bij BVDA gebruikten we alleen droge warmte. (10 minuten, 100° C). We hebben gemerkt dat de vingerafdrukken zich verder ontwikkelen bij kamertemperatuur en normale luchtvochtigheid overnacht. De PSDB vond optimale ontwikkeling wanneer documenten precies 10 minuten bij 100° C (zonder bevochtiging) behandeld werden. De Australische onderzoekers [3] prefereerden een hete kledingpers (15 seconden bij circa 120° C) boven droge verwarming gedurende 20 minuten bij 100° C. In het valideringsonderzoek van de FBI en het Florida Department of Law Enforcement [7] werd geconcludeerd dat de beste resultaten werden verkregen na verhitten gedurende 2-5 minuten in een glanspers bij 100° C (een soortgelijk proces als gebruikt door de Australische onderzoekers [3]) in vergelijking tot verhitten in een oven bij 100° C gedurende 20 minuten. Vingerafdrukken, behandeld en zichtbaar gemaakt met 1,2-IND fluoresceren na excitatie met groen licht (optimum rond 530 nm), analoog aan DFO. Voor het bekijken en fotograferen van de sporen kan het beste donkeroranje filters (doorlating vanaf 570-590 nm) gebruikt worden. Gevoeligheid voor lichtOnderzoek heeft uitgewezen dat de ontwikkelde vingerafdrukken gevoelig zijn voor licht. Wanneer de papieren met daarop de vingersporen niet in het donker werden bewaard, nam de fluorescentie van de afdrukken af. Wanneer ze echter wel in het donker werden bewaard, behielden ze hun fluorescerende eigenschappen. Het groene licht dat gebruikt wordt voor het bekijken en fotograferen van de fluorescentie blijkt alleen een tijdelijke vermindering van de fluorescentie te veroorzaken (een vermindering werd overigens pas geconstateerd na enkele uren blootstelling). De fluorescentie keerde terug na overnacht in het donker bewaren (PSDB). Procedure voor de behandeling met zinkchlorideHet behandelen van papieren met zinkchloride, met daarop vingerafdrukken die zichtbaar zijn gemaakt met 1,2-IND, is een eenvoudige procedure. Wij bevelen hiervoor het gebruik van een sprayer aan (in een zuurkast). Zinkchloride oplossing is bij BVDA verkrijgbaar (artikelnummer B-794110, 250 ml oplossing van zinkchloride (30 g/liter) in een methyl-tert-butylether/petroleumether mengsel). Besproei het papier slechts licht, laat de oplosmiddelen verdampen en besproei dan nogmaals wanneer nodig. Dit is echter lastig te beoordelen, omdat er (in tegenstelling tot ninhydrine) geen omkleuring of andere indicatie dat genoeg gesproeid is, optreedt. Referenties[1a] Ramotowski, R.; Cantu, A.A.; Joullié,
M.M.; Petrovskaia, O., "1,2-Indanediones: A Preliminary Evaluation of a New
Class of Amino Acid Visualizing Compounds", Fingerprint Whorld 1997,
Vol. 23, nr. 90, blz. 131-140. |